Op bekend terrein

13 augustus 2015 - Le Havre, Frankrijk

Maandag, 3 augustus, betalen we onze ligplaats als we terugkomen van een bezoek aan de diverse winkels. Als we terug aan boord de factuur vergelijken met de factuur van een aantal weken geleden, blijkt dat we deze keer ruim vier euro meer moeten betalen. We schieten de langsvarende havenmeester hierover aan en hij belooft het uit te zoeken. Even later heeft hij het antwoord. Per abuis zijn er kosten voor het betalen met creditcard in rekening gebracht. “U weet wel, meneer, vakantiehulpen . . . “ Als we morgen langskomen zal het teveel betaalde worden verrekend.

Dinsdag blijven we in Brest. De windverwachting is goed, daar ligt het niet aan. Maar op de oceaan ligt een stormveld, dat hier op de kust een deining van vier tot vierenhalve meter veroorzaakt. Ook dat is voor ons geen probleem, als we maar voldoende water onder kiel hebben. Loopt de diepte snel terug, zoals bijvoorbeeld boven een rif, dan onstaan er geweldige golven, waar het prima af te surfen is, maar die voor ons levensgevaarlijk zijn. In de ingang naar l’Aber Wrac’h loopt de diepte snel terug van ruim vijftig meter tot minder dan tien en we durven het niet aan om daar binnen te lopen. We wachten dus nog een dagje.

We maken een stevige wandeling naar de overkant van het riviertje Penfeld. We bekijken de Tour Tanguy. Dit is een oude toren, die in de zeventiende eeuw deel uitmaakte van de verdedigingswerken rond Brest. We zien de lage brug, een soort schipbrug, opengaan en zien een groot ponton met een kraan passeren. Dan lopen we door een vervallen buurt, waarvan er in de grotere Franse steden veel zijn en discussiëren erover, dat hier nog veel te saneren valt.

Een stukje verderop zien we, dat er inderdaad gesaneerd wordt. Hele stukken van de wijk zijn gesloopt, oude fabriekspanden worden opgeknapt en het ziet er zelfs tijdens de bouw al veel beter uit. We stappen verder en komen weer aan de andere zijde van de rivier, steken via een hoog viaduct een vallei over en lopen dan weer richting het centrum van Brest.

We hebben inmiddels dorst gekregen en lopen een supermarkt binnen en kopen een halve liter mineraalwater. De kassière vindt het beneden haar stand om een bedrag van 37 eurocent af te moeten rekenen en wenst ons verder geen ‘Bonne journee’ toe te wensen. Binnen een paar minuten hebben we het flesje leeg en gooien het in een vuilnisbak.

We lopen terug naar de haven. We betalen het havengeld en onder honderd excuses worden de vier teveel betaalde euro’s verrekend. Als we aan boord zijn, begint het te regenen. Het is gelukkig een bui dus even later is het weer droog.

Er meert een Engels jacht naast ons af. Ze komen van Camaret en zijn gevlucht voor de deining. Mevrouw werd de afgelopen nacht zeeziek in haar bed. Hier in Brest hopen ze een rustiger plek te gevonden te hebben.

Na het eten probeert Kees het internet te bereiken. Gisteren ging het allemaal traag, maar er was verbinding via de wifi. Vandaag lukt het hem niet verbinding te krijgen. Deze winter zullen we eens moeten bekijken of een actieve wifi-antenne verbeterde verbindingen kan verzorgen. Vanwege de grotere afstanden in de jachthavens (en het gebrek aan repeaters) is de signaalsterkte doorgaans erg laag.

Op donderdag doet het internet het opeens weer en we pikken een weerbericht op. Het is vandaag en morgen goed zeilweer en we besluiten vandaag te vertrekken naar Cherbourg. Voor we losmaken worden we getrakteerd op een spetterende makrelenshow in de jachthaven. Een school makrelen van misschien wel duizend stuks jaagt door de haven om jonge visjes, die hier in grote dichte scholen proberen op te groeien, te verorberen. Af en toe lijkt het water over een oppervlak van twintig bij dertig meter te koken van al de vissen. En dat verplaatst zich met een snelheid van vijf tot tien meter per seconde tussen de rijen jachten. Dan opeens wordt het stil en is de show voorbij. Wij tanken onze water- en dieselvoorraad bij en met volle tanks varen we om half twaalf de haven uit.

Het eerste stuk gaat op de motor recht tegen de wind in door de uitgang van de Rade de Brest. We hebben hier twee knopen stroom mee, maar de nog steeds hoge deining tegen. Het is wel imposant om tegen een golf van ruim drie meter op te varen, bovenop je omgeving te zien om vervolgens weer in een gat van drie meter te zakken. De windgolven zijn hier ook hoog – stroom tegen de wind – en we nemen af en toe flink water over. De boot is dicht en we hebben er geen hinder van.

Eenmaal aangekomen bij de punt van Bretagne zetten we de zeilen en varen we met het begin van de stroom mee door het Chenal de Four. Omdat we zo mooi op tijd zijn hebben we de stroom nu negen uur mee. Dat schiet wel op. De nacht is koud, maar goed aangekleed varen we onder een mooie sterrenhemel. Als om één uur ’s nachts de maan opkomt, is het met de mooie sterrenhemel gedaan en wordt de zee verlicht door de maan. De volgende morgen krijgen we de stroom weer mee en varen we langs Guernsey. Tegen vier uur in de middag bereiken we de Casquets. Een groep rotsen, die deel uitmaken van de Kanaaleilanden. Er staat een goed herkenbare vuurtoren op.

We passeren Alderney en dan . . . is de meegaande stroom op. We moeten nog zo’n twintig mijl. Doordat het hier zo vlak voor de Race of Alderney erg hard stroomt, is het pas twee uur in de nacht wanneer we de voorhaven van Cherbourg binnenlopen. In het donker scharrelen we naar de jachthaven en vinden er een lege box, waar we meteen afmeren. De eigenaar zal vannacht wel niet meer terugkeren. Een half uurtje later is het stil aan boord.

Deze tocht van Brest naar Cherbourg was een tocht met gedenkwaardige feiten. We voeren deze vakantie nu meer dan duizend mijlen. Onze boot passeerde de grens van vierduizend afgelegde mijlen en de motor maakte vandaag zijn eerste vijfhonderd uren vol.

Om half tien in de morgen van zondag, 9 augustus, zijn we weer wakker en verhalen de boot naar een vrije plaats aan de gastensteiger. We melden ons op het havenkantoor. We ruimen de boot op en bereiden onze volgende etappe voor. We maken een lekkere maaltijd en lopen na het avondeten nog even de stad in. We zijn niet te laat terug en gaan op tijd naar bed. Morgen loopt de wekker weer vroeg af.

Maandagochtend varen we bij het eerste schemerlicht de haven van Cherbourg uit. We hopen tot negen uur van de stroom te kunnen profiteren en dan de vuurtoren van Barfleur (het noordelijkste puntje van het schiereiland Cotentin) te zijn gepasseerd. Daarna krijgen we stroom wel tegen, maar de stroomsnelheden zijn daar minder dan rond de punt van Cotentin. Er staat weinig wind en met de motor bij halen we het gewenste resultaat.

We varen, deels zeilend, dan weer motorzeilend richting Le Havre. Onderweg zien we veel leven: dolfijnen, Jan-van-Genten, zeekoeten, alken en – uiteraard – allerlei meeuwen. We vervelen ons niet.

Tegen acht uur in de avond zijn we voor de haveningang van Le Havre. We kunnen niet naar binnen, want de lichten staan op rood. Dit kijken we een kwartiertje aan, maar er gebeurt niets. Allerlei vis- en motorbootjes varen ondanks de rode lichten toch de haven in en verdwijnen in de jachthaven, die hier pal achter de havendam ligt. Kees besluit Port Control op te roepen om ook toestemming te krijgen naar de jachthaven te varen, wat hem prompt wordt toegestaan.

Wij waarschuwen de andere twee jachten, die ook liggen te wachten, dat we naar binnen mogen en met zijn drieën varen we de jachthaven binnen. Er is voldoend plaats vrij aan de gastensteiger en om kwart voor negen liggen we afgemeerd.

We zetten snel de tent op de boot, want er wordt regenachtig weer voorspeld. Als we daarmee bezig zijn vertrekt er een groot cruiseschip uit de haven. Dat laat drie keer een lange stoot op zijn hoorn horen en dat signaal wordt door de haven op de misthoorn herhaald. Een heel getoeter, maar voor de opvarenden op het cruiseschip ongetwijfeld heel indrukwekkend.

In de nacht begint het inderdaad te regenen, maar dinsdag wordt het weer in de loop van de dag snel beter. ’s Middags lopen we naar het Bureau de Tourisme en zoeken uit wat we komende dagen in Le Havre kunnen doen.

We willen hier enkele dagen blijven om niet in de kudde Nederlandse vakantievierders verzeild ter raken, die nu op weg is naar huis. Morgen, woensdag, zal het drukkend warm worden en voor ’s avonds wordt onweer voorspeld. We willen eigenlijk wel met de bus over de Pont de Normandie rijden.

Op woensdag gaan we niet naar het busstation, maar wandelen naar de hangende tuinen (Jardins Suspendus)  in een oud fort, dat wat boven de stad ligt. Een bosrijk park met mooie uitzichten over de stad en de zee en een aantal kassen, die openstaan voor publiek. Vooral de kas met het tropisch regenwoud bevalt ons zeer.

Op de terugweg lopen we door het echte centrum van de stad. Er is een overdekt winkelparadijs, Le Coty, en veel winkeltjes en eethuisjes. Omdat het relatief ver van de jachthaven af ligt, zijn we er nog nooit geweest. Bij een Mac willen we een kop koffie halen, maar als blijkt dat je de bestelling op een computerscherm zelf moet doen, lopen we snel weer naar buiten.

Op het eerste het beste terrasje strijken we neer en drinken er een kop koffie en eten er een warm broodje met zalm en salade. Gesterkt lopen we verder langs het stadhuis (prachtig plein ervoor met fonteinen) en bekijken nog een keer de moderne St. Jozefkerk (schitterende architectuur).

Er is een kleine expositie over de geschiedenis van Le Havre. Wat opvalt, is die ene foto uit 1944, waarop het platgebombardeerde Le Havre afgebeeld staat. Doet denken aan die plaat van Ieper aan het eind van de Eerste Wereldoorlog. Geen steen meer op een ander. Geen wonder, dat Le Havre nu zo’n moderne indruk maakt.

In de avond betrekt het en in de nacht valt veel regen en het onweert doorlopend. Vandaag eten we ons laatste, nu wel zeer oude, brood op en wordt het tijd dat we weer eens boodschappen gaan doen. We werken deze website bij en gaan, als het even wat droger wordt, naar de supermarkt.

Foto’s

4 Reacties

  1. Kees:
    14 augustus 2015
    Ja ja die Fransen zijn niet te vertrouwen als het om geld in gaat!
    Maar jullie zijn zo te lezen ook op de terug weg en maken dus ook deel uit van die kudde Nederlanders die op de terug weg zijn! Aan alles komt een eind , ook aan die mooie reis die jullie hebben gemaakt. Ik werk vandaag nog en dan ga ik morgen voor 2 weken naar Schotland. Goede reis verder en tot horens/ziens.
  2. Hannus:
    15 augustus 2015
    Ha, Kees en Irene.
    We zijn nu echt op weg naar ons volgende etentje.
    Groetjes,
    Hannus.
  3. Marij boeijen:
    16 augustus 2015
    Hoi Irene en Kees nu die hangende tuinen lijkt me wel heel mooi zo op de foto te zien.En voor ieder wat wils park stad zee wat wil je nog meer.Nu fijne terugreis en groetjes uit Oss
  4. H-Georg Püttmann:
    18 augustus 2015
    Noch eine angenehme Rückreise mit hoffentlich besserem Wetter ( Herbst mit Regen und 13°C ) wie hier ! Wir wünschen Euch 4-5 bft aus SW Sonne von oben und eine Handbreit Wasser unterm Kiel.