Wisselvallig

20 juni 2015 - Boulogne-sur-Mer, Frankrijk

Op zaterdag, 13 juni 2015 rijden we van huis weg. We hebben een vracht schone kleren bij ons. Een deel daarvan is afgeschreven, zodat we die, nadat we ze vuil gedragen hebben, kunnen weggooien. Een beetje sparen gedurende het jaar en het spaart een hoop was in de vakantie.

Onderweg leggen we aan bij de Aldi om verse etenswaren in te slaan. We laden alles aan boord en tegen half vier varen we uit onze haven weg. Onze bestemming is niet zo heel ambitieus: de overnachtingssteiger bij de Volkeraksluis. We willen eerst maar gewoon onderweg zijn. Onze vakantie is begonnen.

Het waait met 5 Bft uit het westen en onder een genua zijn we er zo. We meren af en schenken ons een glaasje in. We eten de door Ibrahim en zijn vrouw gemaakte “schuitjes” (een soort pittige pizza’s uit de Balkan).Heerlijk.

De volgende dag zijn we lui. We varen pas om twaalf uur van de steiger weg en na een uurtje motorren kunnen we een zeiltje uitrollen. We zeilen zo tot aan de Krammersluis. We moeten daar in de sluis met de bellenbaan schutten. We varen als voorlaatste boot naar binnen en we meren zonder problemen achterin de sluis af. De boot die na ons komt gaat aan de andere wand van de sluis dwars en met een stootwil van ons voorkomen we, dat er aan de boten schade ontstaat.

Om drie uur zijn we op het zoute water van het Zijpe. We zeilen tot even voor de Zeelandbrug, waar we de motor starten om de brugopening van 17:40 te halen. Dat lukt en even later zeilen we verder naar de Betonhaven bij Neeltje Jans.

Om half acht laten we er ons anker vallen en met dertig meter ketting in vijf meter diep water – bij laag water – liggen we vast en zeker. De hemel is helemaal blauw geworden en uit de wind in onze kuip genieten we van een mooie avond.

Later die avond komt er nog een zeilboot bij ons in de buurt liggen. We zien slechts een ankerlijn, geen ketting, en denken er het onze van. In de nacht begint het weer wat meer te waaien en de andere boot blijkt tijdens een van onze inspectieronden ineens aan de ander kant van de haven te liggen. De volgende morgen liggen ze weer aan onze kant. Die hebben dus geen ontspannen nacht gehad.

Op maandag, 15 juni, hebben we geen haast. De stroom in de Roompot gaat pas tegen drieën naar buiten lopen. We maken ons klaar voor zee en om half drie zijn we via de Roompotsluis naar zee geschut.

De Roompot doet zijn naam eer aan. Door stroming en wind is de zee wit opgeklopt. Er waait een dikke N 5 Bft. We zeilen halfwinds onder alleen een genua. Toch halen we met gemak 6 knopen, af en toe over de 7 knopen. Het is helaas wel erg fris met amper 12 graden.

We komen bij de noordelijke uitgang van de Westerschelde, dit heet het Oostgat. We moeten uitwijken voor een Russisch vrachtschip, de Agat. Even later worden we opgeroepen door, wat later blijkt, de loods aan boord te zijn. Hij dankt ons voor ons uitwijken en maakt er ons op attent dat we in gebieden waar een blokkanaal is ingesteld, wij daarop moeten uitluisteren. Deze plicht gaat boven het uitluisteren op kanaal 16. Omdat wij geen twee kanalen tegelijk kunnen uitluisteren, het zgn. dual watch, luisteren wij doorgaans op 16. Dit is dus niet goed. Waarschijnlijk heeft hij ons eerder proberen te bereiken op het blokkanaal. Ook vraagt de loods of ik misschien Kees ben. Hij heeft ons weblog gevonden. Hij beëindigt het gesprek met groeten aan Irene. Een paar dagen later ontvangen we van hem een overzicht van de blokkanalen en een paar foto’s van de Salacia, die hij maakte vanaf de brug van de Agat. Heel leuk zulke foto’s krijg je nooit.

We hebben plannen om door te zeilen naar Boulogne, maar die moeten we bijstellen. De lage temperaturen, de lastige zee en de vermoeidheid van de laatste weken vragen hun tol; we worden een beetje zeeziek. We besluiten naar Blankenberge te gaan.

We lopen daar om kwart over acht in de avond binnen. Het is dan net een half uur na laagwater en er staat niet veel water in het havenkanaal. Ter hoogte van het tankstation hebben we nauwelijks nog water onder kiel. De meter staat op 0,0 meter. We schuiven heel behoedzaam verder en komen zo in dieper water.

De havenmeester is al naar huis, maar de voorzitter van de watersportvereniging vangt ons op en we kunnen langszij de gastensteiger blijven liggen. Zoals altijd is de zeeziekte in de haven meteen verdwenen en we eten een goed maal.

De volgende ochtend verleggen we de boot naar een vrije box en we maken een wandeling door de stad. We sluiten die af met het traditionele frietje in België. Terug aan boord bekijken we de diverse weerberichten. Eén ding komt telkens weer terug: wisselvallig. We blijven morgen nog een dagje liggen en gaan andere dingen doen.

Na het avondeten ontdekken we de Folie d’Eaux van Carla en Lodewijk, die we nog kennen uit onze tijd in Noordschans. We worden bij hen aan boord genodigd en brengen er genoeglijk de avond door.

We hoorden van de voorzitter, dat er net voorbij Oostende een museum is gemaakt van een stuk Atlantik Wall uit de Tweede Wereldoorlog. We kopen op woensdagochtend bij het kantoortje van De Lijn twee all-in kaarten en gaan met de Kusttram naar het Domein Raversijde.

We bezoeken eerst de authentieke delen van de Atlantik Wall. Interessante kost, maar wel erg veel oorlogstuig, weinig achtergrond. Na er anderhalf uur te hebben rondgekeken worden we wat oorlogsmoe. In onze kaarten zit ook een bezoek aan Raversijde 1465. Dit is een klein openluchtmuseum over het voormalige vissersdorp Raversijde. De audiotour is prachtig en leert ons van alles over hoe de vissers in de vijftiende eeuw moeten hebben geleefd. Zeer de moeite waard.

We trammen terug en brengen de rest van de dag door met het plannen van de volgende etappe.

Donderdag, 18 juni, staan we om vijf uur op. We maken de boot klaar en een uurtje later zeilen we onder een gereefd grootzeil en deels ingerolde genua richting Franse grens. De wind neemt steeds verder toe en tipt af en toe aan de dertig knopen.

We varen door de Pas van Zuydcote en om half elf kunnen we alweer afmeren in Duinkerke. 33 Zeemijlen in vier en een half uur! Ondanks de hoge snelheid varen we toch liever minder snel in zonnig zomerweer. Het lijkt wel herfst: harde wind, af en toe regen en temperaturen, die de vijftien graden niet halen.

We maken een kuiertje naar het centrum. De BaiSait uit Willemstad, die naast ons is komen liggen, heeft problemen met een lijn in de giek. Kees helpt en als het probleem uiteindelijk is opgelost moet er op gedronken worden. We maken het niet te laat, want we moeten morgen verder.

Vrijdag, 19 juni, liggen we om zeven uur op zee. Het waait alweer 5 Bft. Hoog aan de wind, en dus erg nat, zeilen we de westelijke diepwaterroute naar Duinkerke uit. Het gaat weer erg snel. Over de grond lopen we af en toe wel negen knopen.

Om half twaalf zijn al bij Cap Griz Nez en we hebben nog steeds het tij mee. Hoe raar kan het lopen. Eenmaal in het Engels Kanaal neemt de wind af en trekken we het rif uit het grootzeil en rollen de genua helemaal uit. We zeilen zo nog een uurtje. We drinken koffie en eten een boterham terwijl onze Flip de boot kan sturen. Een luxe die we deze week nog niet hebben meegemaakt.

Het laatste half uur van het tij moeten we zelfs de motor aanzetten. De wind is op. We horen een gesprek via de marifoon over een boot met motorproblemen. We oordelen, dat er mogelijk iets in zijn schroef zit. De schipper spreekt over een monteur, maar wij denken, dat een duiker harder nodig is.

Precies op het eind van tij, net voordat de stroom weer tegen gaat staan zijn we in de voorhaven van Boulogne sur Mer.

In de jachthaven leggen we de boot vast aan een vrije vingersteiger. Toevallig dezelfde waar Kees vorig jaar vanaf is gevallen. Dit keer gaat het goed. Bij het opruimen van de boot ontdekken we water in de boot. Het is zoet water. Gisteren lekte onze boiler bij een aansluiting. Het lek is gedicht, maar het gelekte water is vandaag zichtbaar geworden. Het valt mee; we halen vier à vijf liter water onder de vloerplanken vandaan.

We maken een wandelingetje door de haven en omgeving en vinden de bakker. ’s Morgens om kwart over zes (!) al open. Terug in de haven wordt er gezwommen rond het schip met de problemen. Er wordt een flink stuk visnet uit de schroef gehaald. Probleem opgelost.

We zijn een beetje moe en gaan op tijd ter kooi.

Vandaag, zaterdag, haalt Kees een stokbrood bij de bakker en na een heerlijk ontbijt gaan we aan het werk. Irene haalt het laatste water onder de vloer vandaan en Kees tuigt een internetverbinding op. Van de loods ontvangen we de foto’s, we sturen onze foto’s van de Luna op naar Mary en Jan en schrijven dit verhaal.

Foto’s

4 Reacties

  1. H. Smits:
    20 juni 2015
    Weer een geweldig mooi verhaal en mooi begin van een eerste week.We wensen jullie een mooie voortgang en behouden vaart met beter weer.
    Heel veel groeten.
    Cor en Herma
  2. Hannus:
    20 juni 2015
    Lieve Kees en Irene.

    Fijn dat het goed gaat!! Veel plezier!!

    Hannus en Jackie.
  3. Rob en Annemieke:
    21 juni 2015
    Goed te horen dat het allemaal naar behoren gaat. Toch het zuiden geworden.
    Nog gefeliciteerd met je verjaardag broer! Was er helemaal bij ingeschoten tussen al het motorgeweld op IOM. Ik heb nog naar jullie uigekeken in de buurt van R'dam, maar jullie zijn dus de andere kant opgegaan.
    Veel plezier nog.
  4. Kees:
    22 juni 2015
    Hoi Kees en Irene,

    Mooi verhaal en zo te lezen zij jullie helemaal in je element.
    Het ga jullie goed en zie uit naar jullie verdere avonturen. Hebben zelf een prachtig reis in de Rocky Mountains gehad in mei. Op 12 juni is onze jongste zoon Lars in het huwelijksbootje gestapt.

    Groeten van kees en Sjan.